Trou madame

Trou madame

Vijf bollen worden naar de poortjes gerold. Elke bol die door het poortje rolt krijgt een aantal punten.

12
In winkelmand

Trou -madame is al honderden jaren oud. Zo werd het op het einde van de 16de eeuw binnenskamers op een
tafel gespeeld en was het niet alleen in onze streken gekend, maar ook in Frankrijk en Groot – Brittannië. Het spel evolueerde tot een openluchtbezigheid en is tot op heden populair gebleven in West-Vlaanderen. Maar we treffen het ook in Oost-Vlaanderen, het oostelijk deel van Brabant en Frans-Vlaanderen aan.

Tegenwoordig wordt de trou-madame vaak bovengehaald ter gelegenheid van de kermis of een clubfeest en dan wordt voornamelijk door vrouwen gespeeld. Het gebeurt ook regelmatig dat vrouwen, waarvan de mannen lid zijn van een of andere vereniging, samen komen om trou-madame te spelen terwijl manlief bijvoorbeeld gaat gaaibollen of boogschieten.

Spelregels

Bij trou-madame bolt elke speler van op een afstand, dikwijls bepaald door de beschikbare ruimte in het lokaal, een vast aantal bollen (in dit geval vijf) naar de poortjes in de bak. De puntenwaarde is aangegeven boven de poortjes.

Terrein en materiaal
Dit spel vereist een vlakke ondergrond Zoals beton, gestampte aarde, een plankenvloer of een tegelvloer. Het kotof de bak is een houten constructie die in ons geval negen openingen telt. Het aantal openingen kan evenwel sterk variëren. Soms is er slechts één opening, Zoals bij gerrebolling. De platte bollen – vijf per speler -hebben een diametervan 10 tot 12 cm.

Spelbeschrijving en reglementen
Men probeert zoveel mogelijk punten te halen door de vijf bollen door de poortjes in de bak te bollen. Dit gebeurt vanop ongeveer 6 m. Elke bol die door een poortje gaat, krijgt het aantal punten dat boven het poortje is aangegeven. Let op bij het mikken: naast een poortje met een hoge Score staat meestal één met een lage Score, zodat niet alleen trefzekerheid maar ook geluk een rol speelt bij de uitslag.